Tijdens de lockdown bleef Nelson, in plaats van de wereld rond te vliegen, in Nederland en reed hij op zijn fiets door de vissersdorpen, polderlandschappen en oude vestingsteden van het land. Hier ontdekte hij de traditionele Nederlandse klederdracht en besefte dat die net zo uniek is als die van de Papoea’s of de Maasai waar hij zich eerder over had verwonderd. In zijn nieuwe boek, Between the Sea and the Sky, portretteert hij 20 gemeenschappen in traditionele klederdracht en de omgeving die hen gevormd heeft – van Axel in het zuidwesten tot Hindeloopen in het noordoosten.